Orgel protestantse kerk It Heidenskip 100 jaar
door Dr. J.D.Th. Wassenaar en G. Twijnstra
het orgel na de restauratie in april 2012
Op 31 januari 2010 beschikte de kerk aan de Brânburren in It Heidenskip een eeuw over haar orgel. Het instrument werd door de in Leeuwarden gevestigde orgelmakerij Bakker & Timmenga vervaardigd.
Bonne Y. Wielenga
De bestelling
Blijkens het notulenboek van Ons eeuwig belang (later: de Financiële Commissie) te It Heidenskip, waarin verrigte werkzaamheden aangaande de Kerkelijke belangen in het Heidenschap 1909 beschreven staan, is het bestuur op 10 februari samen met B. Wielinga, hoofd van de christelijke volksschool te Workum, bij de orgelmakers Adema, Bakker & Timmenga en Van Dam op bezoek geweest. Alle drie firmas waren in Leeuwarden gevestigd. Enkele uitgaven uit 1908 doen vermoeden, dat men daar ook in dat jaar geweest is. Hoe dat ook zij: aan de vermelding van het bezoek van 10 februari 1909 wordt toegevoegd: Doch hebben geen zaken gedaan. Maar ook: Nadat wij met elkander hebben overgeleid is met algemeene stemmen besloten om bij de firma Bakker en Timmenga een te bestellen (
) Voor de plaatsing zou niets berekend mogen worden, terwijl W. Kuipers de opdracht zou krijgen om die plaatsing mogelijk te maken. Uit de notulen van de vergadering van 21 januari 1910 blijkt, dat het om het veranderen van de trap naar de galerij ging. Toen werd tevens besloten om het orgel voorlopig in de grondverf te laten.
Brânburren ca 1910
De financiering
In het notulenboek is verder te lezen: Nu ter sprake waar het Geld vandaan te krijgen dit is bij aandeelen van tien Gulden waarvoor ons toe gezeid is de Som van eenduizend en dertig gulden. Renteloos voorschot om het zelve bij Uitloting jaarlijks af te doen zooveel als de beurs het toe laat. Bij de latere bespreking zeide Doekele Dijkstra dat Orgel komt niet afbetaald dat moet anders ik geef een Lam met Weide erbij als Johs Feenstra en W. de Jong elk ook een Lam geve dat vond zooveel bijval dat er werden ons dadelijk 20 Lammeren toegezeid en ook 20 weiden. Nu bleek bij inkoop dat de prijs even hoger was dan er gerekend was al zoo is er elf gulden uit de Kerkebeurs bijgepast wat dan ook eerst afbetaald moet worden en er is een reglement van opgemaakt waarvan de Heeren L. Kampen en W. Kuipers de bestuurders van zijn. Overigens: in de vergadering van 21 januari 1910 wordt vastgesteld, dat het niet gelukt is om deelnemers voor de laatste tien aandelen te vinden. Besloten wordt om die voor rekening van de kerk te nemen. Uiteraard komen de aandelen en de lammeren in de notulen vaak voor. De aandelen voor het laatst in 1913, de lammeren (lees: een schaap) in 1945.
v.l.n.r.: Fokke Bakker, Arjen Timmenga, Bernhard Timmenga en Bert Yedema
De orgelmaker
In 1880 stichtten Fokke Bakker (1842-1904) en Arjen Timmenga (1854-1920) een nieuwe orgelmakerij in Leeuwarden. Het compagnonschap tussen Bakker en Timmenga werd in 1901 ontbonden. In 1904 overleed Bakker. Timmenga zette de firma voort en vormde in 1919 een compagnonschap met zijn zoon Bernhard (1889-1972). Na het overlijden van Timmenga Sr. in 1920 leidde Timmenga jr. het bedrijf tot 1960. In dat jaar werd de firma door Wopke Yedema en Harm Pieter Dam overgenomen. Dam verliet het bedrijf in 1985. Toen namen Wopke en Bert Yedema de leiding over. Sedert 1991 is Yedema jr. directeur-eigenaar. De orgelmakerij, die in de loop der tijden 175 instrumenten geleverd heeft, beschikt momenteel over zes werknemers.
Het contract
Op 25 maart 1909 tekenden A. Timmenga van de firma Bakker & Timmenga en A. Feenstra en S.D. Gerritsen te Heidenskip (Workum) een op 27 februari 1909 in Leeuwarden opgesteld contract. Het begint zo: De ondergeteekenden als Bestuurders van de Kerk der Ned. Hervormden in het Heidenschap onder Workum ter eene, en A. Timmenga, firma Bakker en Timmenga Orgelfabrikant te Leeuwarden ter andere zijde zijn overeengekomen als volgt. Ik ondergeteekende A. Timmenga neem aan voor Contractanten ter eene zijde te vervaardigen een nieuw Kerkorgel voor de som van Twaalfhonderd gulden, naar eene teekening door het Bestuur goedgekeurd. Vervolgens worden gegevens over de omvang van het klavier en over de dispositie van het instrument vermeld.
De uitvoering
Er wordt aan toegevoegd: Al het Materiaal, dat voor den bouw van het Orgel gebruikt wordt, zal van het beste zijn, waarom de vervaardiger dan ook tien jaar aansprakelijk blijft voor alle gebreken welke aan slechte bewerking of verkeerd materiaal te wijten zijn. Daarentegen neemt het bestuur de verplichting op zich, om gedurende bovengenoemd tijdvak, het Orgel eens per jaar door de vervaardiger te laten stemmen tegen eene vergoeding van tien gulden per keer. Zegge f. 10,-. In het contract staan nog meer bepalingen. Het instrument zal negen maanden na ondertekening geheel speelvaardig in de kerk opgeleverd worden. Het schilderwerk van de orgelkast en het vergulden van de frontpijpen, indien dit wordt verlangd, blijft ter keuze en voor rekening van het kerkbestuur. De betaling zal na afloop en ingebruikneming van het instrument geschieden, en wel in één termijn.
Het orgel
De dispositie van het orgel luidt:
Prestant 8
Bourdon 8
Viola 8
Octaaf 4
Fluit 4
Octaaf 2
Het instrument heeft een aangehangen pedaal en een mechanische sleeplade. De omvang van het manuaal: C-f3; de omvang van het pedaal: C-g.
v.l.n.r. de tekening van het front; de Gereformeerde Kerk Oppenhuizen; de Hervormde Kerk Tirns
Het front
Op de tekening van het front van het orgel staat de notitie Het front als Oppenhuizen. In 1908 had Bakker & Timmenga een orgel voor de gereformeerde kerk van Oppenhuizen gebouwd. Niet alleen het front, ook de dispositie komt overeen met die van het Heidenskipster instrument. In 1974 voerde Bakker & Timmenga een reparatie c.q. restauratie en een uitbreiding van het orgel in Oppenhuizen uit, in 1999 verplaatste de firma het instrument naar de hervormde kerk van Tirns. (Overigens bleef de Hervormde Gemeente te Oppenhuizen niet bij de Gereformeerde Kerk van het dorp achter. Sterker nog: het werd een kwestie van baas boven baas, want de hervormden kochten in 1909 een veel groter orgel bij Bakker & Timmenga dan de gereformeerden in 1908 hadden gedaan.)
Restant sticker binnenkant orgel i.v.m. vervoer van station Sexbierum-Pietersbierum naar Leeuwarden; een kijkje in het orgel
v.l.n.r. Station Workum; goederenloods Workum; spoorwegovergang en brug naar it Heidenskip (ca 1913)
De ontvangst
In het debiteurenboek van Bakker & Timmenga is te lezen, dat de firma op 18 december 1909 voor het Heidenskipster kerkbestuur een Seraphijne orgel (een harmonium) gerepareerd heeft, en wel voor f. 13,-. Op 31 januari 1910 leverde men het nieuwe orgel, voor de afgesproken f. 1.200,-. Naar verluidt, is het instrument per trein naar Workum vervoerd en vervolgens per boerenwagen naar It Heidenskip gebracht.
Het notulenboek van Ons eeuwig belang vermeldt: 31 January 1910 is het Nieuwe Orgel bespeeld door den Heer B. Wielenga en goed gekeurd en alzoo in ontvangst genomen van de Firma Bakker en Timmenga. Den 5 February 1910 is het betaald door den Heer B. Wielenga en ons de Kwitanzie ter hand gesteld. Zondag 6 February 1910 is het met een toe paszelijk woord over den 150ste Psalm door den Wel.E.W. Heer F.G. Hospers in gewijd en door den Heer B. Wielenga bespeeld het welk tot allen genoegen was van een groote Schaar aan Wezigen.
Het vervolg
Op 5 februari 1910 nam Bakker & Timmenga het serafine-orgel voor f. 60,- over. In het notulenboek van Ons eeuwig belang is daarover te lezen: (
) het Orgel wat er thans staat zeide Bakker van f. 50,- dat was ons te weinig dat toen zeide hij van f. 60,- onder voorwaarde als wij meer konden krijgen wij dat mogen doen. Het was het Heidenskipster kerkbestuur kennelijk niet gelukt om er meer voor te krijgen Overigens heeft dat instrument niet lang dienstgedaan. Althans: als het gaat om het orgel dat volgens het notulenboek in 1904 gemaakt en gebracht werd.
Bakker & Timmenga heeft het nieuwe orgel vrijwel elk jaar onderhouden en gestemd. In 1942 besloot de Financiële Commissie bij de orgelmaker opgave te vragen voor restauratie van het orgel. In 1946 voerde de firma enkele grotere herstellingen aan het instrument uit en maakte men het schoon. Dat kostte samen f. 1.948,-. In 1959 plaatste men voor f. 858,- een elektrische ventilator. (Uit het verslag van de Financiële Commissie van 7 maart 1921 blijkt, dat de bediening der windzuiger toen een van de taken van de koster was.)
de windbalg vol en leeg
Aanpassingen
Op 5 maart 1924 besloot de Financiële Commissie om een nieuw kleedje bij het orgel te plaatsen. Wij nemen aan, dat het om een gordijntje gaat. Met betrekking tot de vergadering van 8 april 1940 wordt vermeld: Bij het nazien der gebouwen wordt besloten een kleine reparatie op de nieuwe kraak het langs het pad te herstellen en een eindtje voetpad te vervloeren, in plaats van de bestaande steenen de midden met tegels te beleggen, en het verven van de nieuwe deur naar het orgel. Of er meteen werk van gemaakt is, moet betwijfeld worden. Want met betrekking tot de vergadering van 3 april 1941 staat beschreven: Bij het nazien der gebouwen werd besloten enkele deurtjes in de nieuwe vleugel van nieuwe bantje te voorzien de nieuwe deur voor de trap naar het orgel toe te verven en een plank bij het orgel aantebrengen zulks ter gelegenheid om de overtollige kleederen tijdens den dienst op te hangen. In 1973 werd over vochtbakjes voor het orgel vergaderd. Met betrekking tot de vergadering van 8 februari 1974 staat genotuleerd: Tj. Huitema, als altijd attent, vraagt naar de genoemde vochtbakjes. V.d. Gaast antwoordt hierop dat er voor het orgel een voorziening is.
Ten slotte, over de vergadering van 2 februari 1998: Ook onderhoud gebouw komt nog even ter sprake één steun onder het orgel staat los ook dit is inmiddels met pijn en moeite opgelost. Ook een orgel kan niet zonder een goed fundament!
De gegevens voor dit artikel zijn ontleend aan:
- Jan Jongepier, Vijf eeuwen Friese orgelpracht. Een schoone voorraad waarlyk (Leeuwarden/Ljouwert 2004);
- het archief van de firma Bakker & Timmenga (in Historisch Centrum Leeuwarden, toegangscode 174-D);
- het notulenboek van Ons eeuwig belang (later: de Financiële Commissie) te It Heidenskip. |